Alles over de Geschiedenis van de Kaasmarkt

DE KAAS

In 1395 gaf het stadsbestuur van Gouda nauwkeurige richtlijnen voor de ordening van de Goudse markten. De botermarkt bevond zich ten oosten van het stadhuis, de koemarkt ten westen. Begin 1400 schijnen er in Gouda al verschillende vee- en kaasmarkten te zijn geweest.

Alles over de Geschiedenis van de Kaasmarkt

In een groot gebied rondom Gouda was de melkveehouderij de voornaamste bron van bestaan. Dit had te maken met de veengrond, die beperkingen oplegde aan mogelijke toepassingen. Gouda werd het centrum van een groot veeteeltgebied. Vele duizenden kilo’s zuivel (en vee) werden jaarlijks op de Goudse markten verhandeld. Hierdoor én door de gunstige handelsligging van Gouda aan de IJssel en Gouwe, als doorvoerhaven tussen Rotterdam en Amsterdam ontwikkelde Gouda zich al vroeg tot een regionaal centrum van onder andere handel in zuivelproducten. Dit is in het huidige stadsbeeld nog terug te zien aan de overgebleven kaaspakhuizen. De Goudse kaas stond bekend om zijn lange houdbaarheid en voortreffelijke smaak. Ook nu nog zijn er kaasboerderijen te vinden in de directe omgeving van Gouda. Gelukkig maar, want zij passen prima in de huidige wens van de consument om oorspronkelijke, eerlijke voeding.


Goudse kaas stond nog tot in de zestiende eeuw bekend als (zoetmelkse) ‘Stolkse’ of Stolwijkse' kaas. De Stolwijkse kaasmarkt werd in 1412 verplaatst naar Schoonhoven. Pas tegen 1500 worden de aanwijzingen duidelijker, dat de kaashandel zich daadwerkelijk in Gouda concentreert. Een langdurende conflict met Schoonhoven over de kaasmarkt werd uiteindelijk rond 1540 beslist in het voordeel van Gouda. Een paar jaar later, in 1549 is er sprake van export van Goudse kaas naar de Antwerpse markt, waar de kaas in de loop van de 16e eeuw een dominante positie inneemt.

DE WAAG

De huidige waag dateert van 1668, en is ontworpen door architect Pieter Post. Deze ontwierp ook de waag in Leiden en het stadhuis in Maastricht. Met een waardig gebouw, dat het houten gebouw verving werd het gewicht van Gouda als kaasstad meer eer aangedaan.

Alles over de Geschiedenis van de Kaasmarkt

De functie van het gebouw is mooi terug te zien op het reliëf aan de voorzijde van de kaaswaag: ‘het weegbedrijf in marmer’, gemaakt door beeldhouwer Bartholomeus Eggers.

Overigens beschikte de zuivelhandel sinds 1611 ook over een huis aan de Markt. De voormalige Grote School, op de plek waar nu het prachtige Arti Legi is te vinden, werd toen ingericht tot Boterhuis. Dit handelshuis van boter, kaas en zuivel kreeg in 1616 een nieuwe voorgevel. Het Boterhuis deed tevens dienst als pakhuis voor koren- en kaasmanden. De botermarkt werd in 1853 verplaatst naar het stadhuis op de Markt. Zowel de kaas- als de botermarkt wisten hun positie in de 19e eeuw uitstekend te handhaven. Als je door de stad liep, kon je de geur van kaas ruiken, meestal afkomstig van een van de vele kaaspakhuizen.

Tot voor de tweede wereldoorlog werd het beeld in de stad en op de markt tijdens marktdagen bepaald door boeren en handelaars, maar ook door boerenvrouwen, die meegingen om hun inkopen te doen, in de stad of op de warenmarkt. Op de markt werd de koop tussen boeren en handelaars - vaak directeuren van zeer grote exportfirma’s - met handenklappen gesloten. Ook vonden de nodige transacties plaats in één van de omliggende café’s, waar op kosten van de verkoper ter bezegeling van de koop wat werd gedronken.

DE KAASMARKT NU

Tot 1987 kende de kaasmarkt zijn oorspronkelijke functie. Tegenwoordig wordt het verhandelen van kaas op de kaasmarkt door toeristen als schouwspel zeer gewaardeerd. Een stukje nostalgie op de meest oorspronkelijke plek denkbaar.

‘Zeg je kaas, dan zeg je Gouda’ is een slogan uit de tijd dat er nog geen slogans bestonden. Waar ter wereld je ook naar toegaat, slechts het uitspreken van de naam Gouda brengt al een glimlach op het gezicht: ‘Cheese!’